Vandaag staat te lezen in Het Nieuwsblad dat de voetbalclubs van de Pro League zelf met een voorstel komen om de huidige RSZ-voordelen te herbekijken. “Wij zijn tevreden met dit voortschrijdend inzicht, maar deze voorzet is een gemiste kans.”, zeggen CD&V-Kamerleden Roel Deseyn en Stefaan Vercamer. Volgens hen gaat het voorstel niet ver genoeg. “Wie enkel het RSZ-plafond verhoogt, raakt niet aan de wanverhouding die nu bestaat ten aanzien van de toplonen. Net die oneerlijke spanning wilden we aanpakken.”, klinkt het. De beide politici, die zelf een wetsvoorstel indienden, pleiten er tevens voor om het sociale luik niet los te koppelen van het fiscale.
Sportbeoefenaars en hun werkgevers, en dan voornamelijk voetballers en hun clubs, zijn op fiscaal én sociaal vlak goed af in ons land, dat is geen geheim. Het bestaande stelsel leidde recent nog tot maatschappelijk debat en zorgde ervoor dat Marc Coucke en Pierre François zich kwamen verantwoorden in de commissie. Op dat moment verdedigden ze nog volop de bestaande voordelen. Aangevuurd door het CD&V-wetsvoorstel om de regels terug eerlijker te maken, lijkt de sector nu zelf tot inkeer te komen, maar toch sparen de topclubs zichzelf met het nieuw RSZ-voorstel.
“Onvoldoende.”, vinden Deseyn en Vercamer. “Het enige voorstel dat men doet is het verhogen van een plafond. Hierdoor zal de RSZ-bijdrage op erg hoge lonen nog steeds beperkt blijven, zeker als men dit vergelijkt met andere beroepen. Het raakt bovendien ook eerder de amateurclubs en dat is net het tegenovergestelde van wat wij willen bereiken.”, klinkt het. Verder blijft het fiscaal statuut onaangeroerd. “Onverstandig.”, aldus de CD&V-politici. Ze gaan verder: “Belangrijke wijzigingen in het gedrag van voetbal- en sportclubs realiseer je in het domein van de fiscaliteit. We pleiten ervoor om beide stelsels niet te ontkoppelen. Met ons wetsvoorstel proberen we het evenwicht te bewaren tussen Belgische sportsectoren die competitief blijven zonder fiscale uitwassen. Laten we gebricoleer op dit vlak vermijden.”. Beide Kamerleden vragen in commissie de bespreking van het wetsvoorstel.
Achtergrond wetsvoorstel
Om de discriminatie tussen Belgische en buitenlandse sportbeoefenaars de wereld uit te helpen, heeft de wetgever in 2007 het fiscaal statuut van bezoldigde sportbeoefenaars aangepast. Ten eerste kregen clubs een vrijstelling van 70 % van de bedrijfsvoorheffing die werd ingehouden op de lonen van hun sporters-werknemers. “Dit voordeel kost de Schatkist ongeveer 60 miljoen euro per jaar en is vooral ten gunste van de voetbalsector, aangezien zij de hoogste lonen betalen.”, aldus de CD&V-parlementsleden. Ten tweede betaalt een professionele sporter een verminderde RSZ-bijdrage. “Een sporter betaalt slechts 11,05 % in plaats van 13,07 % en een club is 21,11 % verschuldigd in plaats van 24,92 %.”, klinkt het. Deseyn en Vercamer wijzen er ook op dat in de voetbalwereld de RSZ quasi altijd wordt berekend op een forfait van € 2281,09. Dat is beduidend lager dan het reële loon als je weet dat een voetballer gemiddeld € 337.000 per jaar verdient. Tenslotte ligt de loongrens voor niet-EU-spelers ook lager dan de ons omringende buurlanden. “Dat is voordelig voor clubs die zo spelers kunnen aantrekken en hen een opleiding kunnen voorzien in de hoop hen later met winst kunnen verkopen. Daar worden niet zozeer de spelers, maar wel de makelaars en clubs beter van.”, aldus de CD&V-politici.
“Deze aanpassingen aan het statuut hadden een aantal doelstellingen, zoals de investeringen in jeugdopleidingen aanwakkeren en het terugdringen van het aantal buitenlandse sportbeoefenaars. Verder wilde men ook de kleinere clubs en de minst verdienende sportbeoefenaars ondersteunen.”, licht Deseyn toe. Vercamer vult aan: “Maar we stellen vast dat de situatie vandaag is scheefgegroeid en dat het vaak de voetbalsector alleen is die de vruchten plukt. Spelers en clubs betalen een pak minder sociale bijdragen dan bijvoorbeeld een verpleegster, architect of postbode. Dat kan niet de bedoeling zijn.”. Daarom lanceren Deseyn en Vercamer een pakket maatregelen. “De voorbije tien jaar kostte de voetballonen de Schatkist ongeveer één miljard euro aan belastinggeld. We willen de bestaande voordelen herijken naar hun oorspronkelijke doel en opnieuw een rechtvaardige spanning creëren ten aanzien van andere jobs. Daarbij raken we niet aan de kleinere clubs en minder verdienende sporters die de steunmaatregelen weldegelijk nodig hebben.”, klinkt het bij beide heren.
Maatregelen
- Leeftijd voor afzonderlijke taxatie van 16,5 % wordt van 26 jaar naar 23 jaar gebracht
- Bevrijdende bedrijfsvoorheffing voor buitenlandse sportbeoefenaars wordt 33 % in plaats van slechts 18 %
- Hervorming van de vrijstelling voor de doorstorting van de bedrijfsvoorheffing om zo quasi uitsluitend in de jeugdopleiding te kunnen investeren
- RSZ-voordelen enkel voorbehouden voor sportbeoefenaars onder een bepaald plafond, met name een jaarloon van € 81.600
- Hoger minimumloon voor buitenlandse sporters zodat hun aantal wordt teruggedrongen